Het nieuwe ondernemingsrecht: bent u (nog) mee?

Op 1 november 2018 is de nieuwe Wet houdende de hervorming van het ondernemingsrecht in werking getreden. Deze wet voert vergaande hervormingen door die zich laten voelen in het bredere ondernemingsleven. Vanaf nu zal de ondernemer bij zijn bedrijfsvoering dus rekening moeten houden met een aantal nieuwe spelregels. Wij lichten een aantal wijzigingen alvast beknopt toe.

1.Liquidatie van de ‘handelaar’ en het wetboek van koophandel

Sinds hun introductie in 1807 waren de handelaar en het wetboek van koophandel steeds  ‘vaste waarden’ in het Belgisch recht. Met de nieuwe hervorming  worden zij als relieken aan de kant gezet. Verder werden de zogenaamde daden van koophandel afgeschaft waardoor eveneens het onderscheid tussen handelsdoel en burgerlijk doel overbodig werd. De ‘onderneming’ geldt vanaf nu als centraal aanknopingspunt in het economisch rechtsverkeer.

 2.Wie is/wordt onderneming? 

Op de eerste plaats zal elke natuurlijke persoon die zelfstandig een beroepsactiviteit uitoefent als een onderneming worden aangemerkt. Deze definitie omvat dus een ruime groep van personen: zelfstandige aannemers, landbouwers, vrije beroepers, bestuurders etc. zijn inmiddels allemaal ondernemingen.
Daarnaast is ook iedere rechtspersoon, zoals een vennootschap, maar ook een vzw of een stichting vanaf nu een onderneming. Het al dan niet nastreven van een economisch doel is daarbij niet meer van belang.

Let op, ook een vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid zoals de maatschap is een onderneming! Alleen een feitelijke vereniging die geen uitkeringsoogmerk heeft en ook in feite geen uitkeringen doet valt volledig buiten de ondernemingssfeer.

3.Ondernemingsbewijsrecht

Indien u in toepassing van de nieuwe wet als een onderneming kwalificeert, doet u er bovendien goed aan de vrije bewijsvoering in handelszaken niet te vergeten. De wet bepaalt nu uitdrukkelijk dat het bewijs tussen of tegen ondernemingen door alle middelen van recht kan worden geleverd. Voor alle duidelijkheid: berichten via e-mail, sms, Facebook, whatsapp,… zijn eveneens geldige bewijsmiddelen! Wanneer u het niet eens bent met de inhoud hiervan dient u tijdig te reageren. Wanneer u niet tijdig reageert, kunt u geacht worden deze inhoud aanvaard te hebben.

Een belangrijke nieuwigheid is dat de wet nu eveneens expliciet voorschrijft dat ‘een door een onderneming aanvaarde factuur bewijs oplevert tegen deze onderneming’. Dit geldt ongeacht de soort overeenkomst (koop, aanneming,…) die werd afgesloten. Ook hier moet u de factuur tijdig protesteren: doet u dit niet, dan bent u verplicht  deze te betalen.

4.Ondernemingsrechtbank

Tenslotte werd ook de hervorming van de rechtbank niet vergeten. Voortaan zullen juridische geschillen tussen ondernemingen niet langer beslecht worden door de rechtbank van koophandel, maar wel door de hervormde ondernemingsrechtbank.

Rechtsvakken in dit artikel
Gerelateerde publicaties